Om de zaak te beslechten, werden verschillende meetkundigen geraadpleegd. Allen – of bijna allemaal – kwamen tot hetzelfde antwoord: 18 driehoeken. Hun methode? Begin bij het bovenste hoekpunt en observeer hoeveel paren punten een basis kunnen vormen op elk van de drie horizontale lijnen. Drie niveaus, zes mogelijkheden per niveau… voilà, 18. Kinderspel.
De verklaring is elegant, logisch en geruststellend. Je denkt bij jezelf: « Ah, eindelijk! Het mysterie is opgelost! » Maar dat is niet zo. Het verhaal had daar kunnen eindigen, maar het internet slaapt nooit…
En dan… loopt alles heerlijk mis!
Een oplettende lezer merkt een detail op dat eerder over het hoofd was gezien: de tekening is gemaakt op gelinieerd papier. Met andere woorden, de achtergrondlijnen kunnen ook driehoeken vormen. Resultaat: 17 extra driehoeken. Totaal: 35.
