— “Ik wil mijn hond nog één keer zien.”
Aanvankelijk dachten de medewerkers dat het een truc was. Maar het verzoek werd ingewilligd. Op de afgesproken dag, voordat zijn vonnis zou worden voltrokken, werd hij naar de binnenplaats van de gevangenis geleid.
De reünie
De Duitse herder, aangelijnd, werd binnengebracht.
Even leek de wereld de adem in te houden.
Toen, bij het zien van haar baasje, brak de hond plotseling los en snelde op hem af.
Met een sprong stootte ze hem omver en wierp zich in zijn armen alsof ze in een seconde de twaalf jaar van scheiding wilde goedmaken.
Hij viel, maar voor het eerst in lange tijd voelde hij noch het gewicht van de kettingen, noch de kou van de steen. Hij voelde warmte.
Tranen te lang ingehouden
Hij omhelsde haar stevig en begroef zijn gezicht in haar dikke vacht.
De lang ingehouden tranen braken eindelijk los, zonder schaamte.
Hij schreeuwde het uit, gebroken van verdriet, terwijl de hond zachtjes jankte, tegen hem aan gedrukt, zich er ook van bewust dat de tijd voor hen weggleed.
‘Jij bent mijn dochter… mijn trouwe metgezel…’ mompelde hij, terwijl zijn trillende handen voortdurend haar rug streelden.
‘Wat zul je zonder mij doen?’