Voor de verrassing maakt Jan de lange reis naar Nederland. Het besef dat hij weer op Nederlandse bodem staat, dringt maar langzaam door. Toch moet hij nog even wachten. Eerst bezoekt Robert ten Brink Albert en diens vrouw Annie in het ouderencentrum, waar zij een kerstbijeenkomst bijwonen.
Na een kort praatje vraagt Robert plots of Albert en Annie willen opstaan. Dan volgt de onthulling. “Dan ga ik, na twintig jaar, Jan hier naar binnen halen,” zegt hij. Wat volgt is pure emotie. De broers vliegen elkaar huilend in de armen. “Wat vind ik dit fijn,” snikt Jan. “Wat maak jij hier een mooie dag van.”
Annie kijkt zichtbaar aangedaan toe. “Hoe krijg je dit nou weer voor elkaar?” stamelt ze, met tranen in haar ogen.
Later zitten Jan en Albert hand in hand te genieten van het kerkkoor. “Zo mooi hè,” zegt Albert glimlachend. Op eerste kerstdag blaast hij 101 kaarsjes uit. Dit keer niet alleen, maar met zijn broer naast zich.
